Go to full page →

VRIENDEN BEPALEN ONS LOT USG1 609

De vriendenkring, die de arbeiders zoeken, bepaalt hun lot voor deze wereld en de toekomende. Sommigen, die eens gewetensvolle en trouwe arbeiders waren, zijn helaas veranderd; ze hebben zich van God los gemaakt en Satan heeft ze naar zijn kant gelokt. Hun aard is nu ongodsdienstig en oneerbiedig en zij oefenen een invloed uit op anderen, die gemakkelijk te beïnvloeden zijn. Verkeerde vrienden doen afbreuk aan het karakter; het beginsel wordt ondermijnd. “Die met de wijzen omgaat, zal wijs worden, maar die der zotten metgezel is, zal verbroken worden.” Spreuken 13 : 20. USG1 609.1

De jonge mensen zijn in gevaar; maar hun ogen zijn verblind om de neigingen en de gevolgen van de weg, die zij volgen, te onderscheiden. Velen van hen brengen hun tijd zoek met flirten. Het lijkt wel of ze verdwaasd zijn. In heel die omgang is niets dat edel, waardig, of heilig is; gezien ze door Satan worden aangezet, is hun invloed hem welgevallig. Op waarschuwingen, die men zulke mensen geeft, slaan ze geen acht. USG1 609.2

Ze zijn koppig, eigengereid, wantrouwig. Ze denken dat die waarschuwing, raadgeving of berisping niet op hen van toepassing is. Wat ze doen verontrust hen niet. Voortdurend verwijderen ze zich verder van het licht en de liefde Gods. Eeuwige en heilige dingen kunnen ze niet meer onderscheiden en hoewel ze nog in hef gareel van de christelijke plichten meelopen, zijn ze in de kerkdiensten er met hun hart niet bij. Al te laat zullen deze misleide zielen leren dat “de poort eng, en de weg nauw is, die tot het leven leidt, en weinigen zijn er, die dezelve vinden.” Mattheüs 7:14. USG1 610.1

Woorden en daden en motieven staan alle opgetekend; maar hoe weinig realiseren deze oppervlakkige, verharde harten zich dat een engel Gods aantekening houdt van de wijze, waarop ze hun kostbare ogenblikken gebruiken. God zal elk woord en elke daad aan het licht brengen. Hij is overal aanwezig. Zijn boodschappers, hoewel niet te zien, zijn aanwezig in de werkplaats en in de slaapkamer. De verborgen werken der duisternis zullen aan het licht komen. De gedachten, de intenties en bedoelingen des harten zullen openbaar worden. Alle dingen zijn open en bloot voor de ogen van Hem, met Wie wij te doen hebben. USG1 610.2