Loading...
Larger font
Smaller font
Copy
Print
Contents

Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 3

 - Contents
  • Results
  • Related
  • Featured
No results found for: "".
  • Weighted Relevancy
  • Content Sequence
  • Relevancy
  • Earliest First
  • Latest First
    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents

    HOOFDSTUK 10—WERK VOOR GEMEENTELEDEN

    1902, Vol. 7, blz. 18—24USG3 81.1

    Wij hebben een boodschap van de Here aan de wereld te brengen, een boodschap die gebracht moet worden in de rijke volheid van de kracht des Geestes. Laten onze predikanten de noodzaak zien om de verlorenen te redden. Een rechtstreeks beroep moet gedaan worden op de onbekeerden. “Waarom eet uw Meester met de tollenaren en zondaren?” vroegen de Farizeeërs aan de discipelen van Christus. En de Heiland antwoordde: “Ik ben niet gekomen om te roepen rechtvaardigen, maar zondaars tot bekering.” Mattheüs 9 : 11, 13. Dit is het werk dat Hij ons heeft opgedragen. En nooit was er groter behoefte om dit te doen dan in deze tijd.USG3 81.2

    God heeft Zijn predikanten niet de taak opgelegd om steeds de zaken in de gemeenten te regelen. Nauwelijks is dit werk gedaan of het blijkt dat het opnieuw moet gebeuren. Gemeenteleden die zo worden achterna gelopen en voor wie zo gezorgd wordt, worden zwak in het geloof. Hoe veel verder zouden we gevorderd zijn, wanneer negen tiende van het werk dat nu gedaan is voor degenen die de waarheid kennen, verricht zou zijn voor hen die de waarheid nog nooit gehoord hebben! God heeft Zijn zegeningen ingehouden omdat Zijn volk niet gewerkt heeft in overeenstemming met Zijn richtlijnen.USG3 81.3

    Het verzwakt degenen die de waarheid kennen, wanneer onze predikanten tijd en talent, die gewijd hadden moeten worden aan de onbekeerden, aan hen besteden. In vele onzer gemeenten in de steden predikt de predikant Sabbat aan Sabbat, en Sabbat aan Sabbat komen de leden naar het huis Gods en hebben niets te vertellen van een zegen die ontvangen is omdat een zegen is uitgedeeld. Zij hebben gedurende de week niet gewerkt om wat zij op Sabbat gehoord hebben, uit te dragen. Wanneer gemeenteleden zich niet inspannen om wat hun deelachtig is geworden aan anderen door te geven, dan moet grote geestelijke zwakte daar wel uit voortvloeien.USG3 81.4

    De grootste hulp die ons volk gegeven kan worden, is hun te leren voor God te werken en op Hem te vertrouwen, en niet op de predikanten. Zij moeten leren te werken zoals Christus werkte. Laten zij zich voegen bij het leger van Zijn arbeiders om een trouw werk voor Hem te doen.USG3 82.1

    Het kan voorkomen dat het nodig is dat onze predikanten in onze gemeenten op Sabbat een korte” rede houden vol van het leven en de liefde van Christus. Maar de gemeenteleden moeten niet verwachten elke Sabbat een preek te kunnen beluisteren.USG3 82.2

    Laat ons bedenken dat we pelgrims en vreemdelingen zijn op aarde, op reis naar een beter land, ja zelfs een hemels land. Laten we werken met zo’ n ernst, zo’ n toewijding dat zondaars tot Christus worden getrokken. Die met de Here zijn getreden in het verbond om Hem te dienen, zijn ook verbonden om met Hem te delen in dat grote, verheven werk der zieleredding. Laten de ge-meenteleden gedurende de week trouw hun taak verrichten en op de Sabbat hun ervaringen vertellen. De vergadering zal dan zijn als voedsel te rechter tijd, waardoor al de aanwezigen nieuw leven en nieuwe kracht ontvangen. Wanneer Gods volk de grote behoefte ziet om te werken zoals Christus werkte voor de bekering van zondaars, zullen de getuigenissen die op de Sabbat- dienst worden gegeven, vol kracht zijn. Vol blijdschap zullen zij vertellen van de kostelijke ervaring die ze hebben opgedaan door voor anderen te werken.USG3 82.3

    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents