Loading...
Larger font
Smaller font
Copy
Print
Contents

Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 1

 - Contents
  • Results
  • Related
  • Featured
No results found for: "".
  • Weighted Relevancy
  • Content Sequence
  • Relevancy
  • Earliest First
  • Latest First
    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents

    OUDERS EENSGEZIND IN DE TUCHT

    Ouders hebben in het algemeen te veel vertrouwen in hun kinderen; want vaak, wanneer de ouders hen vertrouwen, doen ze kwaad in het verborgen. Ouders, waakt over uw kinderen met een jaloerse zorg. Vermaan, berisp, geef hun raad, wanneer gij opstaat, of u nederlegt, wanneer gij uitgaat of thuis komt, regel op regel, gebod op gebod, hier een weinig, en daar een weinig. Onderwerpt uw kinderen, wanneer ze jong zijn. Vele ouders hebben dit helaas al te vaak verzuimd. Zij nemen geen beslist en vast standpunt in tegenover hun kinderen, zoals dat wel moest. Zij laten toe dat ze de wereld gelijkvormig worden, van kleding en opschik houden, en omgaan met diegenen, die de waarheid haten en van wie een vergiftigende invloed uitgaat. Zodoende kweken ze bij hun kinderen een wereldse gezindheid.USG1 47.3

    Ik zag, dat er bij Christelijke ouders altijd een vast beginsel moet zijn, om eensgezind te zijn in het leiden van hun kinderen. In dit opzicht is er bij sommige ouders een fout — gebrek aan eensgezindheid. De fout ligt somtijds bij de vader, maar vaker bij de moeder. De dwaze moeder vertroetelt haar kinderen en geeft hun alles toe. De bezigheden van de vader roepen hem vaak van huis en van het gezelschap van zijn kinderen. De invloed van de moeder laaf zich gelden. Haar voorbeeld doet veel ten aanzien van de karaktervorming van haar kinderen.USG1 48.1

    Sommige verdwaasde moeders verdragen verkeerdheden in haar kinderen, die geen moment in hen moesten geduld worden. De verkeerdheden van de kinderen worden soms voor de vader verborgen. Kleren of andere verlangens worden door moeder toegestaan, met de afspraak, dat de vader daar niets van mag weten, want hij zou dergelijke dingen niet over zijn kant laten gaan.USG1 48.2

    Hier krijgen de kinderen een lesje in misleiding. Wanneer de vader dan toch het kwaad ontdekt, worden verontschuldigingen gemaakt, maar alleen de halve waarheid verteld. De moeder is niet openhartig. Zij ziet niet in, zoals ze moest, dat de vader evenveel belangstelling heeft in de kinderen als zij, en dat hij niet in onwetendheid gehouden moet worden ten aanzien van de verkeerdheden of aanvechtingen, die in hen verbeterd moeten worden, terwijl ze nog jong zijn. Dingen worden verborgen gehouden. De kinderen kennen dat gebrek aan eensgezindheid bij de ouders, en dat heeft zijn nasleep. De kinderen beginnen er al jong mee om te bedriegen, iets achterbaks te houden, de dingen te vertellen in verschillend licht, wanneer ze tegenover hun moeder, of tegenover hun vader staan. Overdrijven wordt een gewoonte, en botte leugens worden verteld zonder dat het geweten gaat knagen.USG1 48.3

    Deze verkeerdheden beginnen, wanneer de moeder dingen gaat verbergen voor de vader, die, net zo goed als zij, betrokken is bij het karakter dat hun kinderen gaan vormen. De vader moest in alle dingen geraadpleegd zijn geworden. Alles had hem open en bloot moeten voorgelegd worden. Maar de tegengestelde richting, ingeslagen om de verkeerdheden der kinderen te bedek-ken, moedigt hen aan tot misleiding, tot een gebrek aan betrouwbaarheid en eerlijkheid.USG1 49.1

    De enige hoop voor deze kinderen, of ze zich nu wel of niet godsdienstig voordoen, is, dat ze grondig bekeerd worden. Hun gehele karakter moet een verandering ondergaan. Onnadenkende moeder, weet gij wel, wanneer ge uw kinderen beleert, dat hun geheel godsdienstig beleven beïnvloed wordt door hetgeen ze jong leren? Stel ze jong onder tucht, leer ze, dat ze u moeten gehoorzamen, en met des te meer bereidheid zullen ze leren om gehoorzaamheid te bewijzen aan de eisen Gods. Moedig in hen aan een betrouwbare, eerlijke aard. Laat ze nooit de gelegenheid krijgen om te gaan twijfelen aan uw oprechtheid en betrouwbaarheid.USG1 49.2

    Ik zag dat de jeugd de zaligmakende kracht Gods wel erkent, maar zich daar niet in verheugt. Wat hun ontbreekt is godsdienst, verlossing. En, o, de ijdele, onnutte woorden, die ze spreken! Een getrouw, angstwekkend verslag wordt van hen gehouden, en sterfelijke wezens zullen geoordeeld worden aan de hand van de daden in het vlees gedaan. Jeugdige vrienden, uw daden en uw ijdele woorden staan in het boek vermeld. Uw conversatie was niet gericht op eeuwige dingen, maar hierop en daarop — gewone, wereldse conversatie, waaraan Christenen niet moesten deelnemen. Het staat alles geschreven in het boek.USG1 49.3

    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents