Loading...
Larger font
Smaller font
Copy
Print
Contents

Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 1

 - Contents
  • Results
  • Related
  • Featured
No results found for: "".
  • Weighted Relevancy
  • Content Sequence
  • Relevancy
  • Earliest First
  • Latest First
    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents

    HOOFDSTUK 106—IN HET DOOLHOF VAN HET SCEPTICISME

    Er is geen verontschuldiging voor twijfel of scepticisme. God heeft ruimschoots voorzieningen getroffen om het geloof van alle mensen te funderen, wanneer ze maar op de bewijsgronden willen steunen. Maar wanneer ze wachten tot elk ogenschijnlijk bezwaar weggenomen is, vóór ze geloven, dan zullen ze nooit gefundeerd, geworteld en gegrond worden in de waarheid. God zal nooit alle ogenschijnlijke moeilijkheden voor onze voeten wegnemen. Die willen twijfelen, kunnen de kans krijgen; die willen geloven, zullen volop bewijs vinden, waarop ze hun geloof kunnen baseren.USG1 604.1

    De positie van sommigen is onverklaarbaar, zelfs voor henzelf. Ze raken op drift zonder een anker en drijven rond in de mist der onzekerheid. Satan grijpt al gauw het roer en voert het broze scheepje waar het hem gelieft. Ze worden onderworpen aan zijn wil. Hadden die zielen niet geluisterd naar Satan dan zouden ze door zijn drogredenen niet misleid zijn; hadden ze hun evenwicht gevonden aan de zijde van God, dan zouden ze niet in verwarring en op een dwaalspoor zijn gekomen.USG1 604.2

    God en engelen slaan met intense belangstelling de ontwikkeling van het karakter gade en toetsen de morele waarde. Die Satans listen tegenstaan, zullen te voorschijn komen als goud, beproefd in het vuur. Die door de golven 1881, Vol. 4, blz. 583—586
    (Positie en taak van het Sanatorium)
    der verleiding worden meegesleurd, beelden zich in, zoals Eva, dat ze buitengewoon wijs worden, uitgroeiende boven hun onwetendheid en benepen inzichten; maar, evenals zij, zullen ze ervaren hoe droevig ze misleid zijn. Ze hebben naar schaduwen gegrepen, door at te gaan op broos, menselijk oordeel inplaats van op hemelse wijsheid. Een klein beetje kennis heeft hen ver-waand gemaakt. Een dieper en meer gedegen kennis van zichzelven en van God zou van hen weer mensen maken met een gezond verstand en zou hen plaatsen aan de kant van de waarheid, van engelen en van God.
    USG1 604.3

    Het woord van God zal een ieder van ons oordelen op de laatste, grote dag. Jonge mensen praten over wetenschap en zijn wijs boven hetgeen geschreven is; ze proberen de wegen en werken Gods te verklaren om aan hun eigen begrensd begrip tegemoet te komen; maar dat alles is een hopeloze mislukking. Ware wetenschap en Inspiratie zijn met elkander in volkomen harmonie. Valse wetenschap staat los van God. Dat is een vermetele domheid. Deze misleidende kracht heeft de geest van velen gekluisterd, en zij hebben de duisternis liever gehad dan het licht. Zij hebben zich gesteld aan de kant van het ongeloof, alsof twijfel een deugd was en een teken van een groot verstand; terwijl het juist het bewijs is van een verstand, te zwak en te begrensd om God op te merken in Zijn geschapen werken. Ze zouden de verborgenheid van Zijn voorzienigheid niet kunnen doorgronden, al studeerden ze ook met al hun kracht hun leven lang. En omdat de werken Gods door een sterfelijk verstand niet verklaard kunnen worden, komt Satan met zijn drogredenen om hen te verstrikken in de netten van het ongeloof. Wanneer deze twijfelaars in nauwe gemeenschap met God willen komen, zal Hij voor hun begrip Zijn bedoelingen duidelijk maken.USG1 605.1

    Geestelijke dingen moeten geestelijk onderscheiden worden. Het vleselijke verstand kan deze verborgenheden niet omvatten. Wanneer sceptici en twijfelaars de grote bedrieger blijven volgen, zullen de impressies en overtuigingen van Gods Geest steeds minder worden, daarentegen de ingevingen van Satan menigvuldiger, totdat het verstand geheel en al door hem beheerst wordt. Wat deze verwarde geesten dan dwaasheid zal lijken, zal de kracht Gods zijn, en wat God als dwaasheid beschouwt, zal voor hen de bron der wijsheid zijn.USG1 605.2

    Een van de grootste euvels, die gepaard gaan met het zoeken naar kennis, hef naspeuren der wetenschap, is, dat degenen, die deze onderzoekingen doen te vaak het goddelijke karakter van zuivere, onvervalste godsdienst niet meer kunnen onderscheiden. De wereldwijzen hebben geprobeerd op wetenschappelijke gronden de invloed van de Geest Gods op het hart te verklaren. De geringste vordering in deze richting zal de ziel brengen in de doolhof van het scepticisme. De godsdienst van de Bijbel is enkel de verborgenheid der godsvrucht; geen menselijk verstand kan dat ten volle begrijpen en voor het niet-wedergeboren hart is het absoluut onbegrijpelijk.USG1 606.1

    De Zoon van God vergeleek de werkingen van de Heilige Geest met de wind, die “blaast waarheen hij wil, en gij hoort zijn geluid; maar gij weet niet, vanwaar hij komt, en waarheen hij gaat”. Johannes 3 : 8. Dan lezen wij ook in de Heilige Schriften dat de Verlosser der wereld zich verheugde in de geest en zei: “Ik dank U, Vader, Here des hemels en der aarde! dat Gij deze dingen voor de wijzen en verstandigen verborgen hebt en hebt dezelve de kinderkens geopenbaard”. Mattheüs 11 : 25.USG1 606.2

    De Heiland verheugde Zich dat het verlossingsplan dusdanig is, dat degenen, die wijs zijn naar hun eigen inzicht, die opgeblazen zijn door de leer van ijdele philosophie, de schoonheid, kracht, en verborgenheid van het Evangelie niet kunnen zien. Maar aan allen, die nederig zijn van hart, die een ontvankelijk, eerlijk, kinderlijk verlangen hebben de wil van hun hemelse Vader te kennen en te doen, is Zijn Woord geopenbaard als de kracht Gods tot hun zaligheid.USG1 606.3

    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents